donderdag 4 december 2014
Per aspera ad astra
Dit is echt een filmpje dat iedereen wel even zou mogen bekijken. De belofte van de ruimtevaart, in crica drie minuten. Het hele gevoel van de science-fiction van halverwege de vorige eeuw wordt hier heel knap samengevat. En dat gevoel missen we vandaag de dag nogal, helaas.
Geconfronteerd met de irritaties van de dag, en soms stuitende domheid van sommige mensen anno nu, kan de toekomst soms troosteloos op ons overkomen. Maar de werkelijkheid is anders; de lange termijn biedt een perspectief dat alle schaduwen van het heden in een oogwenk achter ons laat wegvallen.
We vergeten dat pessimisme vandaag de dag 'en vogue' is; we vergeten dat we niet zo lang geleden nog durfden te dromen van een toekomst waarin de mens - als een moderne Prometheus gedreven door het vuur der kennis - zichzelf de hemel in zou lanceren om nieuwe werelden te gaan ontdekken.
Carl Sagan was een profeet van de 'Space Age'. Hij voorzag een mensheid die nieuwe koloniën zou stichten, voorbij de aarde. De laatste decennia lijken we die droom vergeten te zijn. NASA heeft tegenwoordig niet eens meer de capaciteit om een mens de ruimte in te lanceren.
Maar er is hoop. Commerciële partijen, geleid door visionaire ondernemers die groot zijn geworden met de boeken van Heinlein en Asimov, zijn hun eigen ruimtevaartprogramma's begonnen. Voor het eerst in jaren lonkt de ruimte weer, en strekt de toekomst zich weer hoopvol voor ons uit.
Deze geweldige korte film, met voice-over van Sagan, illustreert de mentaliteit van het toekomstoptimisme perfect. Weg met de zwartgallige voorspellingen van kommer en kwel! Ook wanneer het even tegenzit, zal iedere beproeving uiteindelijk een les zijn waar we sterker, beter en wijzer van worden.
Labels:
Carl Sagan,
link,
ruimtevaart,
toekomst
vrijdag 21 november 2014
Gratis geld bestaat niet (herziene uitgave)
Dit is een herziene uitgave van mijn eerdere essay inzake het zogenaamde basisinkomen. Naar aanleiding van dat kritische artikel, hier gepubliceerd op 1 Augustus 2014, heb ik meerdere reacties ontvangen van diverse voorstanders van (een vorm van) het basisinkomen. Sommige van die reacties bleken te berusten op incorrecte aannames, of waren gewoon niet inhoudelijk (want puur op de onderbuik gebaseerd). Een aantal reacties was echter inhoudelijk sterk. Daarom heb ik mijn analyse uitgebreid om eigenlijk alle punten te behandelen die in de discussie ter sprake zijn gekomen.
Het is mijn streven geweest om het idee van een basisinkomen te overwegen met een open geest. Desondanks kan ik niet stellen dat mijn eindconclusie fundamenteel is gewijzigd: gratis geld bestaat simpelweg niet. Er zijn overtuigende sociale en economische redenen om het basisinkomen af te wijzen. In dit essay worden de mogelijkheden van een basisinkomen afgewogen tegen de nadelen en de risico's. Die laatste categorie, zo zal blijken, weegt uiteindelijk toch zwaarder.
Nota Bene: alle mogelijkheden die worden onderzocht in deze tekst zijn gebaseerd op de situatie in Nederland, en de cijfers zijn ontleend aan de overheidsbegroting voor 2015. Ik heb bewust gekozen om de meest recente cijfers te benutten in deze uitgave van dit essay.
Steeds vaker hoor je het langskomen: het idee van het onvoorwaardelijke basisinkomen. Het is beslist niet nieuw, maar het steekt de afgelopen maanden met toenemende frequentie de kop op. Voorstanders van het onvoorwaardelijke basisinkomen beweren al decennia dat hun plan het wondermiddel is dat de verzorgingsstaat radicaal gaat hervormen. De strekking is kinderlijk eenvoudig: gratis geld voor iedereen. Het komt er op neer dat alle huidige voorwaardelijke uitkeringen en andere sociale voorzieningen worden afgeschaft. In plaats daarvan gebruikt de overheid de enorme bak belastinggeld die nu naar al die regelingen gaat om iedere maand standaard een vast bedrag op de rekening van iedere Nederlander te storten. Dat maandelijks bedrag, het basisinkomen, is onvoorwaardelijk. Hoe weinig of hoe veel je ook verdient, wat je situatie ook is, je krijgt het hoe dan ook.
Dat klinkt nogal utopisch, en het plan komt dan ook uit een nogal utopistische hoek. In de jaren ’90 was een enthousiaste club pleitbezorgers—die vooral bestond uit doorgewinterde socialisten en enkele zweverige academici—er flink mee bezig, en kwam het af en toe in het nieuws. Destijds had de politiek weinig interesse. Enkele liberale politici voelden wel wat voor een onderzoekje naar zo’n idee, maar die dachten aan een basisinkomen van misschien eens honderd gulden per maand. De activisten van de Vereniging Basisinkomen dachten eerder aan een “leefloon” van een paar duizend gulden, en daar had de politiek geen behoefte aan.
Maar nu is het idee opeens terug. Niet alleen in Nederland, maar op veel plaatsen in de Westerse wereld. De afgelopen maanden steekt het basisinkomen met toenemende frequentie de kop op. In links-liberale, progressieve kringen zijn steeds meer voorstanders te vinden. De jongerenbewegingen van GroenLinks en D66 zijn uitgesproken voorstanders. Ook de internetactivisten van de PiratenPartij vinden het een aantrekkelijk idee. Inmiddels heeft D66 zelf aangekondigd dat de partij een onderzoek naar het basisinkomen zeker ziet zitten. Een dooie mus van twintig jaar geleden blijkt opeens weer springlevend.
Het is mijn streven geweest om het idee van een basisinkomen te overwegen met een open geest. Desondanks kan ik niet stellen dat mijn eindconclusie fundamenteel is gewijzigd: gratis geld bestaat simpelweg niet. Er zijn overtuigende sociale en economische redenen om het basisinkomen af te wijzen. In dit essay worden de mogelijkheden van een basisinkomen afgewogen tegen de nadelen en de risico's. Die laatste categorie, zo zal blijken, weegt uiteindelijk toch zwaarder.
Nota Bene: alle mogelijkheden die worden onderzocht in deze tekst zijn gebaseerd op de situatie in Nederland, en de cijfers zijn ontleend aan de overheidsbegroting voor 2015. Ik heb bewust gekozen om de meest recente cijfers te benutten in deze uitgave van dit essay.
GRATIS GELD BESTAAT NIET
Steeds vaker hoor je het langskomen: het idee van het onvoorwaardelijke basisinkomen. Het is beslist niet nieuw, maar het steekt de afgelopen maanden met toenemende frequentie de kop op. Voorstanders van het onvoorwaardelijke basisinkomen beweren al decennia dat hun plan het wondermiddel is dat de verzorgingsstaat radicaal gaat hervormen. De strekking is kinderlijk eenvoudig: gratis geld voor iedereen. Het komt er op neer dat alle huidige voorwaardelijke uitkeringen en andere sociale voorzieningen worden afgeschaft. In plaats daarvan gebruikt de overheid de enorme bak belastinggeld die nu naar al die regelingen gaat om iedere maand standaard een vast bedrag op de rekening van iedere Nederlander te storten. Dat maandelijks bedrag, het basisinkomen, is onvoorwaardelijk. Hoe weinig of hoe veel je ook verdient, wat je situatie ook is, je krijgt het hoe dan ook.
Dat klinkt nogal utopisch, en het plan komt dan ook uit een nogal utopistische hoek. In de jaren ’90 was een enthousiaste club pleitbezorgers—die vooral bestond uit doorgewinterde socialisten en enkele zweverige academici—er flink mee bezig, en kwam het af en toe in het nieuws. Destijds had de politiek weinig interesse. Enkele liberale politici voelden wel wat voor een onderzoekje naar zo’n idee, maar die dachten aan een basisinkomen van misschien eens honderd gulden per maand. De activisten van de Vereniging Basisinkomen dachten eerder aan een “leefloon” van een paar duizend gulden, en daar had de politiek geen behoefte aan.
Maar nu is het idee opeens terug. Niet alleen in Nederland, maar op veel plaatsen in de Westerse wereld. De afgelopen maanden steekt het basisinkomen met toenemende frequentie de kop op. In links-liberale, progressieve kringen zijn steeds meer voorstanders te vinden. De jongerenbewegingen van GroenLinks en D66 zijn uitgesproken voorstanders. Ook de internetactivisten van de PiratenPartij vinden het een aantrekkelijk idee. Inmiddels heeft D66 zelf aangekondigd dat de partij een onderzoek naar het basisinkomen zeker ziet zitten. Een dooie mus van twintig jaar geleden blijkt opeens weer springlevend.
Labels:
basisinkomen,
economie,
politiek
vrijdag 19 september 2014
Arm Schotland, waar de angst regeert
Wanneer de angst regeert, is een land verloren. Zo blijkt maar weer eens, nu een meerderheid van de Schotten uit angst en onzekerheid en onzekerheid hebben besloten om de moedige sprong niet te wagen. Zelfstandigheid vereist moed en eer, en door eeuwen onderwerping is dat er bij de ooit zo fiere Schotten blijkbaar flink uitgestampt.
Schotland blijft een onderdeel van het VK, en blijft intern verdeeld. Angst en onzekerheid, waar hoop en durf het land naar een betere toekomst hadden kunnen brengen. Heel jammer, en niet alleen voor de Schotten zelf. Op de lange termijn zullen die spijt krijgen van hun
beslissing, maar de Engelsen
zal het nog méér spijten, omdat Schotland binnen het VK nooit trots op eigen benen zal leren staan. Het zal, net als Wallonië of Groningen, bovengemiddeld veel aanspraak maken op sociale zekerheid... en consequent socialistisch gezind zijn. En dat zal zo blijven. Ook als de olie op is. Het linkse Schotland zal dan snel een loden last zijn voor het meer marktgerichte Engeland.
donderdag 21 augustus 2014
De grote vrijheid van het Gemenebest IJsland
De vrijwillige samenleving in de praktijk
De voorstanders van overheidsmacht, die variëren van
totalitaire collectivisten tot pleitbezorgers van de minimale nachtwakersstaat,
vinden zich verenigd in hun afwijzing van een volledig vrije en vrijwillige
samenleving. Het voluntaristische ideaal van een maatschappij waarin alle
interacties tussen mensen berusten op de vrijwillige instemming van alle
betrokkenen heeft volgens deze critici nog nooit bestaan. Om te beginnen is een
dergelijke argumentatie als discussietactiek intellectueel oneerlijk: een idee
dat nog nooit eerder is uitgevoerd kan geen praktijkvoorbeelden tonen. Betekent
dit dat het dus nooit uitgevoerd mag worden? Men mag aannemen dat voor alles
een eerste keer bestaat, en dat innovatie de bron van alle vooruitgang is.
Daarnaast is de stelling dat het voluntarisme (ook wel:
anarchokapitalisme) nooit heeft bestaan simpelweg incorrect. Het heeft op
lokale schaal regelmatig bestaan, over de hele wereld, de afgelopen 6000 jaar. Het
bleek consequent goed en vreedzaam te functioneren, maar juist de
kleinschaligheid maakte de voluntaire gemeenschappen kwetsbaar voor verovering
en onderwerping door minder vrijheidslievende entiteiten. Deze zwakte tegenover
agressie van buitenaf bleek keer op keer de doodssteek voor kleine
voluntaristische communes. Dat deze zwakte puur voortkwam uit de kleine schaal
van dergelijke gemeenschappen, en niet te maken had met hun vrijwillige
organisatievorm, wordt afdoende bewezen door het feit dat kleine gemeenschappen
die zich wel van een overheid bedienen óók kwetsbaar bleven voor
verovering.
Nog overtuigender bewijs dat een voluntaristische
samenleving op grotere schaal veel minder kwetsbaar zou zijn voor verovering
van buitenaf wordt echter geleverd door de geschiedenis. Om precies te zijn
door het simpele feit dat het voluntarisme de basis geweest van een gehele
samenleving, die 392 jaar lang heeft bestaan. Het Gemenebest IJsland heeft in
de middeleeuwen, in een periode dat de rest van Europa voortdurend werd
verscheurd door oorlogen tussen allerlei overheden, in vrede en welvaart kunnen
bestaan. Zonder leger. Zonder politie. Zonder wetboek. Zonder dat er ook maar
een cent belasting naar een overheid ging. (Ter vergelijking: de Verenigde
Staten van Amerika bestaan pas 238 jaar. Het zou nogal gewaagd zijn om een
samenleving die het 154 jaar langer volhield zomaar af te serveren als een
soort “experiment”.)
De enige reden dat het Gemenebest uiteindelijk ophield te
bestaan is, interessant genoeg, dat men de vergissing had gemaakt bepaalde
regels in te voeren, die als wetten werden gezien, en dat men na de Kerstening
afdrachten was gaan betalen aan de Kerk. Niet de absentie van wetten en
belastingen waren het probleem, maar de sluipende invoering ervan via de
achterdeur. Dit artikel zal pogen een beeld te geven van de geschiedenis van
het Gemenebest, van de vrije en ongedwongen maatschappij die daar bestond, en
van de verkeerde inschattingen die tot de ondergang van dat systeem hebben
geleid. De inzichten die daaruit voorkomen zullen van groot belang zijn bij
enige poging om vandaag de dag een vrije maatschappij in te richten.
vrijdag 1 augustus 2014
Gratis geld bestaat niet
Op deze pagina bevond zich de eerste uitgave van het essay "Gratis geld bestaat niet". Die eerste versie is inmiddels verouderd, omdat er een herziene uitgave is. Deze kunt u hier vinden.
Labels:
basisinkomen,
economie,
politiek
Abonneren op:
Posts (Atom)