Aangezien de vrij populaire en (onterecht) controversiële Jordan Peterson weer het onderwerp van menig discussie is: enkele kanttekeningen bij Peterson en zijn gedachtegoed vanuit mijn (bepaald niet 'mainstream') perspectief. Laat ik beginnen door te zeggen dat Peterson geheel ten onrechte controversieel is, en dat de felle kritiek aan zijn adres duidelijk illustreert hoe extreem links de huidige maatschappij thans is. In werkelijkheid is Peterson een vrij gematigde academicus die standpunten inneemt die geenszins gewaagd mogen heten. Mijn primaire kritiek op hem is dan ook beslist niet dat hij "eng" en "extreem rechts!!!" is, maar juist dat hij eigenlijk -- om het maar even grappig te formuleren -- een schaap in wolfskleren is.
PUNT 1. --- Peterson is een modernist. Hij flirt met de waarde(n) van traditie, hetgeen méér is dan veel anderen doen, en dat siert hem. Hij verzet zich tegen de wanstaltige excessen van de moderniteit (zoals haat-feminisme en nihilisme), en dat maakt hem populair bij anderen die óók inzien dat deze excessen puur vergif zijn. Maar Jordan Peterson is uiteindelijk iemand die de moderniteit van zichzelf wil redden.
Wat hij verdedigt en uitdraagt is uiteindelijk een mens- en maatschappijbeeld dat inherent modern is. Sommige mensen vinden dat natuurlijk een sterk punt, maar ik zie dat als zwakte. Peterson vecht tegen talloze uitingen van cultureel Marxisme, maar lijkt niet helemaal door te hebben dat hij nog steeds zelf óók een product is van de bredere achtergrond waaruit dat cultureel Marxisme is ontstaan. Met andere woorden: Peterson heeft niet door dat de 'excessen' die hij wil bestrijden geen foutje, maar een onvermijdbaar element zijn van de moderniteit.
Dat hij begrijpt dat de excessen kwalijk zijn maakt hem natuurlijk véél minder vergiftigd is dan de meeste mensen, maar omdat hij niet snapt dat het modernisme zelf het ware gif is, en hij de moderniteit blijft verdedigen, is hij onbedoeld (neem ik aan!) zelf toch nog steeds een gifmenger. Hij verspreidt de dodelijke misvatting dat de moderniteit in de kern goed is, terwijl het tegendeel natuurlijk waar is. Dat Peterson wel kritiek heeft op de excessen van de moderniteit maakt hem in relatieve zin "goed", maar wanneer je hem naast (echte grote denkers zet (waarmee ik doel op traditionalistische denkers), blijkt hij snel niet méér te zijn dan een bleke imitatie. En hij kan ook onmogelijk méér zijn, want in de kern verdedigt hij iets dat fout is.
PUNT 2. --- Dit laatstgenoemde element brengt ons tot het volgende punt van kritiek: Peterson heeft eigenlijk geen originele ideeën. Dit is een bekende kritiek, die ook vaak (en niet geheel ten onrechte) wordt neergelegd bij Ayn Rand (óók een modernist, die weliswaar véél beter was dan het gros aan 'denkers', maar die traditionalisme wel onterecht zwart maakte). Nu is het zo dat Rand wel nog geheel eigen toevoegingen had. Vaak herhaalde zij echter slechts denkbeelden die al veel eerder bestonden (en vaak zonder bronvermelding). Peterson heeft daarentegen géén originele bijdragen. In al zijn werken en lezingen herhaalt hij vooral gedachten die origineren bij (vooral) Solzjenitsyn, Dostojevski, Jung en Nietzsche.
Wel moet worden gezegd dat hij dit expliciet toegeeft, en ook voortdurend naar deze vier mannen verwijst. (Hij noemt ook andere denkers, maar deze vier komen in al zijn werk steeds weer terug.) Nu is het herhalen van goede ideeën beter dan het verzinnen van slechte ideeën, dus ik neem Peterson dit geenszins kwalijk. Laat dat helder zijn. Maar ik wil wel duidelijk maken dat Peterson een verspreider is van andermans gedachten, en geen grote schepper van eigen inzichten. Veel van zijn aanbidders zijn totáál onbekend met de klassiekers, en denken daarom ten onrechte dat Peterson een zeer origineel denker is. Niets is minder waar.
PUNT 3. --- Hier volgt wellicht het meest controversiële punt van kritiek. Peterson is een verklaard tegenstander van antisemitisme, en heeft er in dat kader een handje van om iedereen die hij verdenkt(!) van dergelijke gedachten meteen zwart te maken als "pseudowetenschapper". Zelf komt hij met de behóórlijk pseudo-wetenschappelijke "verklaring" voor antisemitisme dat dit geheel voortkomt uit een soort jaloezie onder intellectueel minvermogenden, die het niet kunnen verkroppen dat Joden vaak succesvol zijn (en gemiddeld een hoog IQ hebben).
Hierin ligt hij meteen afschuwelijk in de knoop met zijn eigen intellectuele bronnen. Solzjenitsyn, Dostojevski, Jung en Nietzsche hebben stuk voor stuk fikse kritiek geuit op (bepaalde gedragingen van bepaalde groepen) Joden. Ze zijn allemaal ook fel beschuldigd van antisemitisme. Ikzelf zou die beschuldigingen kenschetsen als zwaar overtrokken, maar volgens de standaarden die Peterson hanteert waren zijn eigen "helden" grote antisemieten! Hij beschrijft ze echter steevast als intellectuele zwaargewichten. Daarmee bewijst hij (zonder het te willen erkennen) dat zijn eigen "antisemitisme is de jaloezie van sukkels"-hypothese onmogelijk kan kloppen. (Althans: het kan niet kloppen wanneer men de definitie van antisemitisme hanteert die Peterson pleegt te gebruiken.)
Peterson bezondigt zich hier dus aan een logische contradictie. Ofwel zijn definitie van antisemitisme klopt niet (en dan heeft hij regelmatig anderen ten onrechte belasterd omdat ze "antisemitisch" zouden zijn), ofwel zijn verklaring van antisemitisme is pure pseudo-wetenschap (en dan is hij een hypocriet wanneer hij anderen precies daarvan beschuldigd).
Belangrijker is echter dat Peterson in zijn hele houding ten aanzien van dit specifieke onderwerp hoe dan ook een hypocriet blijkt te zijn. Hij is immers, zo zegt hij zelf, tegen "identity politics" en juist pleitbezorger van een vrij atomistisch individualisme. Hij ziet groepsdenken als kwalijk, en moedigt mensen aan om zichzelf los te maken van groeps-identiteiten.
Oké, maar hoe kan hij dan rechtvaardigen dat hij wel steeds de verdediging van de Joden als collectieve groep(!) op zich neemt? Wat men ook vindt van deze hele kwestie, Peterson is onbetwistbaar bereid om zijn eigen principes en beginselen opzij te zetten en voor Joden een soort "collectivistische uitzondering" te maken. Zij mogen, anders dan alle andere mensen, wel als groep worden behandeld.
Peterson is daarin het spiegelbeeld van de ware antisemiet, die "de Jood" als een inherent vijandige entiteit beschouwt en alle individuele Joden beoordeelt als slechts individuele manifestatie van "de Jood". Peterson behandelt "de Jood" als een inherent onaantastbare entiteit, en beschouwt alle kritiek op individuele Joden (of hun gedragingen) als een antisemitische aanval op "de Jood". Peterson, die altijd het individualisme predikt, wordt dus opeens een collectivist als het over de Joden gaat! Hij, verklaard vijand van de "positieve discriminatie", doet daar opeens zelf aan wanneer het om de Joden gaat! Dat is bizar.
PUNT 4. --- Uit het vorige punt komt weer het laatste aandachtspunt naar voren, namelijk dat Peterson in deze vreemde "collectivistische uitzondering" zo absurd ver gaat dat hij zelfs nog méér van zijn eigen principes opzij schuift. Zo heeft hij actief opgetreden om mensen die hij verdacht van antisemitisme (of van zogenaamde banden met antisemieten) uit te sluiten van debatten die in het teken staan van (oh ironie!) "vrije meningsuiting". Dat Peterson, die zelf steeds wordt bedreigd met 'de-platforming', anderen met dit zelfde perverse middel aanvalt vind ik extreem kwalijk. Dat hij, die zelf steevast wordt belasterd, anderen met lasterlijke beschuldigingen overgiet, vind ik intens kwaadaardig. Zelfs wie het inhoudelijk 100% met Peterson eens is, zal moeten toegeven dat hij op dit vlak qua methode duidelijk fout zit.
Het valt ook op dat Peterson zijn linkse critici nooit op deze manier aanvalt, maar dat hij personen die flink rechtser zijn dan hij is dus wel aanvalt als hij dat nodig acht. Intellectueel en moreel is dit absoluut niet te verdedigen. Ik beschouw dit als het sterkste bewijs van het feit dat Peterson -- de modernist -- weliswaar beter is dan (extreem)links, maar dat dit hem nog geen ware vriend maakt. Peterson blijkt, wanneer puntje bij paaltje komt, zijn eigen principes niet in ere te houden. Hij is onbetrouwbaar.
Het bovenstaande zal voor de mensen in mijn vriendenkring die idolaat zijn van Peterson niet bepaald comfortabel blijken. Toch meen ik dat deze punten niet onuitgesproken mogen blijven. Laat ik duidelijk zijn: ondanks het feit dat ik Peterson inhoudelijk helemaal niet zo sterk vind, zie ik wel degelijk de bijdragen die hij levert, en schat ik die ook op waarde. Dat er iemand is die de excessen van de moderniteit bekritiseert is al beter dan niets. Hopelijk kan Peterson een groot aantal (vooral jonge) mensen in contact brengen met het werk van veel grotere denkers. Hopelijk laten veel van deze mensen Peterson vervolgens ver achter zich, wanneer zij dieper in de materie geraken.
Juist in het kader van die ontwikkeling, richting een beter begrip, acht ik het noodzakelijk om de fans van Peterson te wijzen op zijn tekortkomingen, en dus flinke kanttekeningen te plaatsen bij hun neiging tot heldenverering. In principe zou hij dat zelf moeten toejuichen, aangezien de groei van het besef dat ook onze helden imperfect zijn volgens zijn eigen narratief een héél gezonde mentale ontwikkeling is.
In grote lijnen ben ik 't wel met je analyse eens. Toch zou ik ter verdediging van Jordan willen noemen dat hij effectief is. Oftewel: hij weet goed hoe hij kan voorkomen om weggedrukt te worden naar de marge. Daarnaast heeft hij niet alleen zijn intellect, maar ook zijn innerlijke gevoelsleven zo goed ontwikkeld dat hij heel menselijk en prettig weet over te komen en rustig om kan gaan met vervelende mensen en situaties. Hij heeft geen originele theorie, en zoals je ook aangeeft beweert hij dat ook nergens, maar hij weet wel goed de theorie in de praktijk te brengen en 'm aan de man te brengen.
BeantwoordenVerwijderenJe geeft dat zelf trouwens ook aan. Hij lijkt jonge mensen aan te spreken. En hij wijst ze op de grote denkers. Hij zou die ruimte niet krijgen als hij al te consequent zou optreden, om bekende redenen.
Ik moet wel regelmatig mensen uitleggen waarom ik de boeken van hem niet ga lezen. Ik lees liever de originelen. Maar voor mensen die wat snel en gemakkelijk een introductie willen zijn die boeken van hem vermoedelijk wel heel geschikt.